DAB+ is hoofdpijndossier lokale omroepen: RDI maant NLPO
In dit artikel:
NLPO, de branchevereniging van lokale omroepen, is er niet in geslaagd binnen het jaar alle 57 lokale DAB+-allotments operationeel te krijgen. NLPO had de aanleg en exploitatie opgedragen aan Broadcast Partners (BP) en Radio Netwerk Nederland (RNN); later werd RNN verkocht aan dezelfde eigenaar als BP, waardoor de zenderexploitatie feitelijk bij één partij terechtkwam.
De publieke lokale omroepen kregen op 1 september 2024 hun DAB+-uitzendvergunning met de voorwaarde dat de minimale dekking vóór die datum gerealiseerd moest zijn. Inmiddels zijn zes allotments nog niet in de lucht: Amsterdam, Dordrecht, Barendrecht, Helmond, Ommen en Goeree-Overflakkee — vooral locaties waarvoor BP verantwoordelijk is. Toezichthouder Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI) bevestigt dat er geen uitstel is verleend en maant de lokale omroepen tot start van DAB+-distributie.
Kritiek richt zich op de dubbele rol van NLPO: de vereniging beheerde een subsidiepot van meer dan tien miljoen euro en koppelde subsidie-uitbetaling aan gebruik van de door haar aangewezen zenderexploitanten. Daardoor vielen kleinere spelers (zoals DABpartners) buiten de subsidie en hadden lokale omroepen weinig vrije keuze in exploitant. De trage en omslachtige besluitvorming door NLPO wordt gezien als mogelijke verklaring voor de vertragingen.
NLPO heeft tot dusver niet gereageerd op vragen van Totaal TV. Door de achterstand kunnen naar schatting 2,3 miljoen Nederlanders nog niet hun lokale omroep via DAB+ beluisteren.